Het geweld van carnaval

Het carnavalsorkestje doet zijn uiterste best, je kunt het horen in het hele gebouw. Jongeren wordt aangeraden oordopjes in te doen wanneer zij naar een disco of feestje gaan, maar in het huis waar ik nu woon zijn de meeste mensen al heel doof. Een beetje meer lawaai wordt niet opgemerkt; sommigen zijn blij weer eens wat horen. De orkestleden geven geen krimp. Het is al de zoveelste keer dat ze optreden: het is feest en doof worden schijnt bij de feestvreugde te horen.

Prins Carnaval is geen zondebok meer die aan het einde van het feest wordt vermoord, maar een erebaan. Dit is prins Ali, een Syrische vluchteling uit Aleppo die nu in Maastricht woont.

Prins Carnaval is geen zondebok meer die aan het einde van het feest wordt vermoord, maar een erebaan. Dit is prins Ali, een Syrische vluchteling uit Aleppo die nu in Maastricht woont.

Het bezoek van Prins Carnaval aan het verpleeghuis is een van de rituelen van het feest. Er zijn heel wat van die rituelen, er zijn talrijke ongeschreven wetten: je mag bijvoorbeeld niet dronken worden of meisjes lastig vallen. Een andere regel: je moet je verkleden. We zijn allen gelijk.

De predikant wenst iedereen plezier. Volgens hem is dit een oeroud feest met diepe christelijke wortels. We vieren dat we uiteindelijk allemaal gelijk zijn. Ik kan niet nalaten hem later aan te spreken en hem te zeggen dat dit een oeroud heidens feest is, een gewelddadig feest.

Onze verre voorouders waren juist bang voor gelijkheid. Gelijkheid betekent dat iedereen gelijk is en kan doen en laten wat hij wil. De samenleving wordt dan een chaos, waarin niemand meer veilig is. Maar het instandhouden van die samenleving is niet niets. Steeds weer moeten mensen onder druk gezet worden, zodat er orde blijft en chaos wordt voorkomen. Want chaos,  een situatie waarbij grenzen wegvallen, kan zich gemakkelijk voordoen. Het eindresultaat is dood en verderf, de ondergang van de samenleving.

Op veel plaatsen wordt aan het einde van het feest een pop verbrand, zoals hier in Moergestel.

Op veel plaatsen wordt aan het einde van het feest een pop verbrand, zoals hier in Moergestel.

Het is beter  die dag preventief te organiseren dan hem passief af te wachten. Die hoofdman aan wie je een hekel hebt mag je dan gedurende een paar dagen straffeloos uitschelden of er een biertje mee drinken. We spelen dat we een ongeorganiseerde groep zijn. We luchten ons hart. Alle organisatie, nu ja, bijna alle organismes, worden van hun macht ontdaan.

De burgemeester draagt de sleutels van de macht over aan de prins, die oorspronkelijk er alles mee mocht doen wat hij wilde. Hij mocht stelen en verkrachten, hij verzamelde alle misdaden die in het afgelopen jaar begaan waren op zijn schouders. Alle onopgeloste misdaden werden in zijn schoenen geschoven En op het einde van het feest is het hoogtepunt: wij stormen als één man op hem af en doden hem, door hem van een berg te gooien of met andere middelen.

In sommige plaatsen worden nu poppen verbrand of verdronken. Dat is het einde van het feest. En na deze gewelddadige uitbarsting keert de gewone situatie weer  terug. We zijn onze zondebok dankbaar dat de rust in de samenleving is teruggekeerd. Hij was een verschrikkelijke man, maar we mogen niet vergeten dat hij uiteindelijk voor het komend jaar de vrede garandeert.

Het moet een geweldige inspanning geweest zijn dit feest te kerstenen, de gewelddadige elementen om te vormen tot een geweldloze praktijk. Die kerstening gaat nog steeds door. Tegenover de carnavalsdagen waar vooral priesters en kloosterlingen allerlei kwaad vermoedden, werd het veertiguren van aanbidding ingesteld.

'Stof ben je...'

‘Stof ben je…’

Toen de carnavalsdrukte een tamelijk onschuldig gebeuren werd, veranderde ook de gebedsformule die met het askruisje op het het einde van het feest werd uitgedeeld.  De tekst luidde tot voor kort: ‘Gedenk, mens dat je stof bent en tot stof zult wederkeren’. Hiermee werd gesuggereerd dat elke pret onchristelijk is. Je blik moet je richten op het bovenaardse.

De nieuwe tekst zegt: ‘Bekeer u, en geloof in het evangelie’. Hiermee worden we naar onze wereld gestuurd, aangespoord een ander mens te worden en ook  in tijden van somberheid het evangelie als een belofte omhoog te houden.

De mensen die het verpleeghuis bezochten hadden deze oproep begrepen.

Delen:

Schrijf een reactie

Opgeslagen onder Vieringen en sacramenten

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *