Een Amerikaanse revolutie

De Amerikanen van de Verenigde Staten hebben een grote eerbied voor hun grondwet. Voor ons is dit moeilijk na te voelen. Wij hebben ook een grondwet, maar die wordt gezien als een nuttig en zelfs noodzakelijk instrument, niet als de grond waarop de Nederlandse cultuur en geschiedenis gebouwd is. Amerikanen beschouwen hun grondwet als een zeer democratische tekst die vele landen min of meer hebben overgenomen.

‘De inrichting van de Amerikaanse democratie houdt de massa goeddeels buiten de deur.’

Zo democratisch is die grondwet ook weer niet. Ze is de grondwet van een gentleman’s republic. Een republiek die bestaat uit verstandige en evenwichtige heren die hun eigen belangen hebben en ze behartigen. Ze verschillen soms van mening, hebben lang niet altijd dezelfde belangen, maar zijn bereid onder het genot van een sigaar en een glas whisky compromissen te sluiten.

Ook de Nederlandse grondwet ging er aanvankelijk van uit dat de besluiten door de eerste en Tweede Kamer werden genomen in ‘gemeen overleg’. Dat was niet gemeen in de zin van agressief, maar gemeen in de zin van gemeenschappelijk overleg.

Wetten moesten het resultaat zijn van goed nadenken, alles afwegen, beschaafde gesprekken, gevoerd door verlichte personen, modern, intelligent, verstandig.

Er was ook niet voorzien in het bestaan van politieke partijen, ieder lid van het parlement stemde op grond van zijn eigen bevindingen. Dat was althans het oorspronkelijke idee.

Er wordt inderdaad overlegd. Maar het speerpunt is niet overleggen en min of meer tot een gezamenlijk inzicht komen, maar het veroveren van een meerderheid.

Rivaliteit is de krachtbron van dit democratisch proces in parlement en regering. In de VS is dit misschien nog sterker dan bij ons. De afzonderlijke staten hebben vrij veel macht en daarmee moet rekening mee gehouden worden.

Maar de idee was ook een republiek te zijn van gentlemen, van gegoede, verstandige, verlichte burgers. De ‘massa’ werd onbekwaam geacht mee te regeren. Vandaar kiesmannen die, zo dacht men, onderling zouden overleggen wie president moest worden.

In feite gebeurt dit helemaal niet. De kiesmannen zijn nummers, het enige wat telt is hun aantal voor de ene of de andere partij. Het zijn getrapte verkiezingen die gemakkelijker dan bij rechtstreekse eventueel door ‘gemeen’ overleg – hier kan ‘gemeen’ de moderne betekenis hebben – af kunnen wijken van de stembusuitslag. De ‘popular vote’ is gewonnen door Clinton, maar toch is zij de verliezer.

In het congres wordt het volk vertegenwoordigd in het huis van afgevaardigden, die maar voor twee jaar worden gekozen in kiesdistricten, waarvan de grenzen vaak omstreden zijn. Ze zijn minder machtig dan de senatoren die gekozen worden door de verschillende staten en zes jaar aanblijven. De senaat is een selecte club. Je moet heel wat geld achter de hand hebben om gekozen te worden. Elke staat heeft twee senatoren.

Deze constructie houdt de ‘massa’ voor een goed deel buiten de kamers waar de belangrijke beslissingen worden genomen. De ‘massa’ bestaat uit de mensen met een minder goede schoolopleiding, zij die niet of nauwelijks het hoofd boven water kunnen houden, het uitschot, de ‘losers’, mensen met een beperking, de onderkant van de maatschappij enz.

Bij deze verkiezingen is volgens mij Trump erin geslaagd deze mensen achter zich te krijgen. Zelf is hij schatrijk, maar hij was in staat de gevoelens van vele mensen te verwoorden en uit te beelden. Hij deelde met hen de haat tegen de gentlemen, de elite, Washington, de pers, hun waarheid.

Hij zal korte termijn-oplossingen vinden, maar hoe het verder gaat… Is dit een binnenlandse revolutie, groter dan die van Obama? Gaat hij de grondwet veranderen? En zou die dan democratischer worden?

Delen:

Schrijf een reactie

Opgeslagen onder Geloven vandaag

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *